terug

Mischa Keijser 

[tekst] Diana Bokje  

Hij fotografeert een stukje werkelijkheid in het landschap. Iets dat wij niet te zien krijgen, maar dat hij heel stiekem even kan vangen, meenemen en dan is het weer weg. Alsof hij op zoek is naar de essentie van het leven. Zoals een ander de reden van ons bestaan probeert te vangen via zijn geloof, zoekt Mischa Keijser bevestiging in de natuur. “Ik kan me nog zo goed het gevoel herinneren dat ik als jongen werd overmand door de schoonheid van bepaalde dingen. Toen ik acht jaar was nam mijn stiefvader mij een keer ’s nachts in de storm mee naar de Maasvlakte. Dat landschap, de sfeer die er hing, het desolate maakte zo’n ontzettende indruk op mij. Heel spannend, maar ook heel mooi. Een mix van dreiging en schoonheid. Ik wilde dat intense gevoel kunnen uitleggen. Het overbrengen op anderen. Ik denk dat dat altijd een drijfveer is geweest.”

Nederland, Eindhoven, 12 november 2005 Uitgebloeide zonnebloemen naast vliegveld welschap. Landschap, natuur, zonnebloem, verval, dood, herfst, avond, nacht, duister, brabant, plant. Foto: Mischa Keijser / Hollandse Hoogte
Nederland, Eindhoven, 12 november 2005 Foto: Mischa Keijser / Hollandse Hoogte

De enige manier voor Keijser om dit intense gevoel over te brengen, was via beeld. Al tijdens zijn opleiding op de academie switchte hij van schilderen naar fotografie. Hierbij werd hij opnieuw gedreven door de natuur en zijn drang om naar buiten te gaan. “Misschien is dat een door adrenaline aangedreven iets waardoor je naar buiten wilt, op jacht. Mijn eerste foto’s waren meer documentair gericht naar mijn voorbeelden Bill Brandt, Eugene Richards en Gilles Peress. Beïnvloed door andere fotografen zoals Hans van der Meer en Martin Parr was de mens altijd aanwezig in mijn landschappen. Bijvoorbeeld door middel van verkeersborden en dergelijke. Af en toe maakte ik ook foto’s die per ongeluk alleen maar landschap waren. Zo kwam ik tot de ontdekking dat het ook werkt wanneer er geen grap of documentair kritische noot in zit. Een beeld kan ook alleen maar landschap zijn. Het is interessant om het breekpunt op te zoeken door een beeld steeds simpeler te maken zonder dat het saai wordt. Ik vind het heel boeiend wanneer het precies op de grens zit. Zoveel mogelijk weglaten, maar het moet nog wel spannend zijn.”

Nieuwsgierigheid

Die zoektocht naar het minimale bracht hem naar de zee. Zeeschappen waarin de tijd lijkt stilgezet. De zee en de lucht bevroren in een enkel moment. Als een glassculptuur. Andere foto’s geven je het gevoel alsof je onder de foto bedolven raakt. Slechts vier elementen vormen de ingrediënten: water, weer, hoogte en licht. Binnen dit abstracte thema zoekt de fotograaf de grenzen tussen stilstand en beweging. Keijser ging daarbij tot het uiterste. De eerste shoot was op een koude januarimiddag. De storm raast over het landschap. Enkel in zijn zwembroekje loopt hij de zee in. Kou is iets psychisch, het zit tussen je oren, zegt hij tegen zichzelf. Wat hem drijft, is de drang om een bepaald soort beelden te maken. “Ik kan het niet tegenhouden. Omdat ik het zo interessant en spannend vind. De nieuwsgierigheid hoe het er uitziet als ik het fotografeer.” De zee is elk moment anders. Zijn camera en flitsers zitten verpakt in waterdichte zakken. Even terugkijken is er dus niet bij. Uiteindelijk zijn er van de honderd foto’s misschien één of twee en soms zelfs geen een die het hebben. “Het heeft met een soort concentratie te maken, to the point komen. Alle onzin uit het beeld weglaten tot er geen dingen meer zijn die afleiden.” De weersomstandigheden spelen een belangrijke rol. ’s Avonds laat bij storm en ontij trekt hij erop uit. Keijser wacht op instabiel weer met een koude bovenlucht en warm zeewater. Hierdoor ontstaan heftige buien afgewisseld met zon. Dan is het een kwestie van op het goede moment de auto uitrennen de zee in en snel foto’s maken want binnen een minuut kan het alweer weg zijn. Zijn lichtassistent heeft het zwaarder. Waar Keijser beweegt en zo in de concentratie zit dat hij de kou niet meer voelt, is het voor zijn assistent vaak afzien. Inmiddels zijn de zwembroeken ingeruild voor wetsuites. Kou blijkt toch niet alleen psychisch te zijn.

Schoonheidsideaal 

Net als veel andere fotografen waren de laatste jaren niet gemakkelijk voor de fotograaf. Bedrijfsmatige klanten hielden hun geld in de knip en kunst werd nauwelijks meer verkocht. Noodzaak dreef Keijser ertoe zich te richten op stockfotografie. Een wereld waarin hij zich niet echt thuis voelt. “De lat voor buitenlandse stockbureaus ligt hoog want je concurreert tegen de hele wereld. Wanneer je er zelf niet in gelooft, is dat heel lastig. Mensen zien dat terug. Voor stockfotografie moet je mee in een schoonheidsideaal dat helemaal niet strookt met mijn beleving van schoonheid. Ik ben dol op imperfecties. Als mensen hebben geleefd, ouder worden en slijten. Anders kun je net zo goed plastic poppen fotograferen. Ik denk dat we veel vaker die sporen van het ouder worden moeten laten zien. Mensen worden doodongelukkig van al die schoonheidsidealen waaraan ze moeten voldoen. Dat is voor mij een soort missie. Waar het kan probeer ik een tegengeluid te geven zowel in mijn leven als fotografie. Ik merk wel dat de beelden die ik maak omdat ik ze zelf wil maken gek genoeg over de hele wereld op boekcovers terechtkomen. Als ik in februari midden in de nacht door Zeeland over de dijken rijd om te fotograferen, werkt dat wel. De harde les van deze exercitie is dus dat je bij jezelf moet blijven en dat dat ook in deze hyper commerciële wereld lonend is.”

Wil je meer lezen bestel dan Pf magazine nummer 4 of neem een abonnement